VVAZ
Intermedis

Klik hier voor
onze diensten

Intermedis A & A

Kifid zet vraagtekens bij opvatting Van Bruggen-adviseur, maar schade is niet bewezen

Geplaatst op: 19-06-2019, 12:45:26

Een klant van de Van Bruggen Adviesgroep kon zijn hypotheek niet rondkrijgen door een BKR-notering. De tijdsdruk die daardoor ontstond, vond de klant de adviseur te verwijten. De consument sloot zijn hypotheek uiteindelijk bij de Rabobank en diende een klacht in bij Kifid. Die constateerde dat de adviseur goed handelde, maar zet wel grote vraagtekens bij zijn opvatting over de informatieplicht bij het verlopen van de ontbindende voorwaarden.

Op 12 oktober tekende de klant de koopovereenkomst. Het voorbehoud van financiering zou verlopen op 10 december. De akte van levering moest passeren op 22 december. Om dat mogelijk te maken, leverde de adviseur op 1 november een rapport af: Lloyds Bank zou voor de klant de beste keuze zijn. Een dikke week later stuurde Lloyds een afwijzing in verband met een BKR-notering vanwege een betalingsachterstand.

Schade

De Van Bruggen-adviseur stelde niets voor de klant te kunnen doen zolang de BKR-registratie overeind bleef. Op 8 december (volgens de klant) of op 12 december (volgens de adviseur) meldde de klant dat de registratie was opgeheven. Uiteindelijk stapte de klant naar de Rabobank om daar een hypotheek af te sluiten. Omdat die hypotheek volgens hem ongunstiger is dan het Lloyds-voorstel, claimt hij bij Kifid de schade die ontstaan is uit de duurdere hypotheek. Volgens zijn eigen schatting 20.000 euro.

Terloops

De geschillencommissie ging er niet in mee. De consument stelde dat de adviseur alleen ‘tussen neus en lippen door’ gevraagd naar eventuele BKR-noteringen. Dat het terloops was, doet volgens Kifid niet af aan het feit dat er wel naar gevraagd is. “Het lag dan ook op de weg van Consument om de Adviseur te informeren over de BKR-registratie”, schrijft de commissie.

Vertraging

Volgens de klant had de adviseur eerder de benodigde documenten kunnen opvragen. Kifid onderschrijft dat, maar stelt ook dat de vertraging vanuit het opvragen van de documenten in het niet valt bij de vertraging die werd opgelopen door de BKR-registratie. De lange doorlooptijd kan de adviseur dus niet worden aangerekend volgens Kifid.

Financieringsvoorbehoud

Als tweede punt vond de klant dat de adviseur hem had moeten waarschuwen voor het verlopen van het financieringsvoorbehoud. De Van Bruggen-adviseur was het daar niet mee eens. Die stelde voor de commissie dat het bewaken van de termijnen en het inroepen van het voorbehoud niet tot de taken van een hypotheekadviseur behoort.

Zorgplicht

Volgens Kifid klopt die bewering van de adviseur niet. “Het behoort immers tot de zorgplicht van een adviseur dat hij bij de begeleiding van zijn opdrachtgever voor het verkrijgen van een hypothecaire geldlening rekening houdt met de gegeven termijn van het financieringsvoorbehoud, opdrachtgever (tijdig) waarschuwt voor het verlopen van deze termijn, wijst op de risico’s van het verlopen en hem eveneens wijst op de risico’s verbonden aan het inroepen van een ontbindende voorwaarde.”

Taken

Het klopt dat het inroepen van ontbindende voorwaarden in beginsel niet tot de taken van een adviseur behoort, maar het bewaken van de termijnen en het wijzen op de ontbindende voorwaarden, doen dat wel.

“Of de Adviseur op dit punt de zorgplicht voldoende in acht heeft genomen, is nog maar zeer de vraag. Deze vraag kan evenwel in het midden blijven, nu niet gebleken is dat Consument (hierdoor) schade heeft geleden. Immers, zelfs als moeten worden aangenomen dat de Adviseur Consument onvoldoende gewezen heeft op het financieringsvoorbehoud, is nog niet vast komen te staan dat Consument, indien hij wél voldoende was geïnformeerd […], dit financieringsvoorbehoud zou hebben ingeroepen.”

De geschillencommissie wijst de vorderingen daarom af. De uitspraak is niet bindend.

Bron: bijdrage van 18 juni 2019 van Bart van de Laak op www.amweb.nl

Vorige pagina